De 9-jarige Tim woont al enkele jaren in een leefgroep en zijn woedeaanvallen blijven de begeleiders en de mama zorgen baren… Onlangs viel hij een begeleider met een mes aan.
Ook de 14-jarige Evelien woont al enige tijd in een leefgroep, ze automutileert en wil dood.
De 16-jarige Youssef steelt eten op het internaat en liegt er voortdurend over.
De 36-jarige matig mentaal gehandicapte Armand is erg verdrietig om het overlijden van zijn moeder en is hevig verliefd op een begeleidster…
- Wat kan agressie ons vertellen vanuit de balansen van geven en nemen ?
- Hoe kan automutilatie een vorm van loyaliteit zijn ?
- Hoe kunnen we steelgedrag beter begrijpen vanuit een meerzijdig partijdige houding?
Daarnaast leren we met een contextuele bril (werk)hypotheses te vormen om verontrustend en moeilijk gedrag bij kinderen, jongeren en volwassenen te begrijpen en te plaatsen binnen de context van hun systeem; een gezin, een leefgroepplaatsing, pleeg- en adoptiegezinnen…
- Hoe maak ik contact met kinderen, jongeren en hun context?
- Welke (contextuele) vragen kan ik stellen en welke net niet?
- Hoe kan ik passend erkenning geven voor de lasten en verdiensten van iedereen in de context?
- Hoe kan ik mij als hulpverlener blijvend meerzijdig partijdig opstellen?
- Hoe kan ik op zoek gaan naar resterende hulpbronnen?
- Hoe kan ik verbindend werken en tot ‘echte’ dialoog komen?
- Wat als de cliënten moeilijk of amper praten?
Hierbij is het de bedoeling dat de deelnemers kunnen oefenen met de verschillende contextuele vaardigheden aan de hand van verbale en non-verbale technieken (de duplomethodiek, genogrammen,…). Zo kunnen de deelnemers al doende hun hulpverleningsgereedschapskist aanvullen met creatief materiaal en een verfrissende, contextuele blik meenemen naar de dagdagelijkse hulpverleningsvraagstukken.