Tweedaagse workshop over wat relationeel gekwetste kinderen nodig hebben om tot een meer stabiele manier van functioneren te komen.
In de hulpverlening worden we vaak geconfronteerd met kinderen en jongeren die slachtoffer zijn (geweest) van een vorm van kindermishandeling of intrafamiliaal geweld. Deze kinderen hebben op relationeel vlak ernstige kwetsuren opgelopen en dagen ons als hulpverleners uit om hen met de nodige zorg te begeleiden. Ze vertonen vaak moeilijk te begrijpen gedrag, hebben weinig taal voor emoties, worden overspoeld door gevoelens, kunnen moeilijk samenspelen met andere kinderen en reageren averechts op troost en toenadering.
Meer dan eens worden bij deze kinderen allerlei diagnoses gesteld, gaande van leerstoornissen, tot ADHD, ASS en hechtingsproblemen of een combinatie van alle voorgaande.
Als begeleiders van deze kinderen voelen we ons vaak gefrustreerd en machteloos. We willen deze kinderen zo graag helpen, maar soms lijkt het alsof er niets werkt van onze gangbare pedagogische methodieken. Ondanks al onze goede bedoelingen, gaan deze kinderen vaak van crisis naar crisis, en blijft hun functioneren erg onstabiel. Het nadenken over en het kunnen begrijpen waarom deze kinderen dit gedrag op dit moment stellen komt door de heftigheid en de opeenvolging van de vele crisissen onder druk te staan.
In deze workshop gaan we na wat deze kinderen nodig hebben op vlak van begeleiding om te kunnen groeien naar een meer stabiele manier van functioneren.
In een eerste luik staan we stil bij de impact van chronisch relationeel trauma op de werking van het brein en de ontwikkeling van kinderen. Verschillende elementen uit de hechtingstheorie, ontwikkelingspsychologie en ontwikkelingspsychopathologie komen op een samenhangende wijze aan bod. We maken gebruik van het overkoepelende concept ‘Window of Tolerance’ om het functioneren van chronisch relationeel getraumatiseerde kinderen beter te kunnen begrijpen.
In een tweede deel maken we vanuit de theorie de overgang naar de praktijk. We bekijken wat deze kinderen van hun omgeving, van hun dagelijkse verzorgers en van hun hechtingsfiguren nodig hebben om te kunnen ontwikkelen naar een meer stabiele manier van functioneren. We reiken enkele handvatten aan die kunnen helpen om de noden van kinderen op relationeel vlak en op vlak van ontwikkeling in kaart te brengen. Daarnaast bekijken we hoe we ons eigen handelen als hulpverleners responsief kunnen afstemmen op wat deze kinderen nodig hebben.
Tenslotte staan we, doorheen de theorie en praktijk, stil bij onze eigen mogelijkheden en valkuilen als hulpverlener. De begeleiding van chronisch relationeel gekwetste kinderen, gaat vaak gepaard met heftige emoties, zowel bij de kinderen als bij de begeleiders. Het vraagt heel wat om als hulpverlener in deze emotionele stormen te blijven denken en voelen. Het risico bestaat dat we meegezogen worden in destructieve patronen van actie en reactie. We gaan na wat we als hulpverlener nodig hebben om de begeleiding van deze kinderen op een zorgzame en afgestemde manier te kunnen blijven verder zetten en wat we nodig hebben om binnen onze eigen ‘Window of Tolerance’ te blijven.